dinsdag 8 april 2008

Idee voor de vakantie volgend jaar

Wie wil er mee om op dat geweldige terras op de foto hierboven ne mojito te gaan drinken?
Onweerstaanbaar gewoon...

5 opmerkingen:

*plantyn blogt voor marleen* zei

Ikke ga zeker mee op dat terras zitten, lijkt me zalig! En een mojitoke gaat er altijd in, zeker als het zonnetje dan schijnt, mmm... ik zie er al naar uit

Fieke Maes

*plantyn blogt voor marleen* zei

Mmm, voor een lekker mojitoke ga ik mee naar 't is eender wélk terras ... en als de zon dan nog schijnt, héérlijk!
Linda

Anoniem zei

Ik ga mee!!!!

Anoniem zei

als ge mij kunt garanderen dat er weldegelijk mojito is en ni een van uw ziekenhuiscoctails plieies

liesbet

Anoniem zei

Oei, een vliegvakantie in het verre buitenland zit er nog niet zo in het eerste jaar na een stamceltransplantatie. Goed is dan ook het antwoord:"..ga ik mee naar 't is eender wélk terras!" Want de mojito zelf, dat kan natuurlijk wél!!

Dus een beetje meer uitleg om die onzekerheid over het grote onbekende wat weg te nemen - het herstel na een stamceltransplantatie:

Uit de medische literatuur: ‘De totale opname voor een stamceltransplantatie duurt doorgaans drie tot vijf weken. Na de eerste periode van herstel van de bloedvorming (2 weken) is nog een langere periode nodig voor herstel van de afweer. Zowel in lichamelijk als in emotioneel opzicht vergt de totale behandeling veel van patiënten. Ze ondervinden gedurende het eerste jaar nogal wat beperkingen in het dagelijkse leven. Optimale medische en verpleegkundige zorg en extra aandacht en begeleiding zijn dan onontbeerlijk.’

Na zijn stamceltransplantatie schreef één van onze patiënten hierover: “Ik wil van de gelegenheid gebruik maken om mijn vrienden, familie en kennissen te bedanken voor de geweldige ondersteuning die ik gehad heb. Tijdens de moeilijke periode van de afgelopen maanden stond ik echt met regelmaat versteld van de oprechte liefde en toewijding die ik vooral van mensen dicht om mij heen voelde. Buiten mijn ouders bedoel ik hiermee mijn beste vrienden en bepaalde familie die het dichtst bij mij staat. Maar ook heb ik versteld gestaan van de niet aflatende interesse van 'nieuwe' vrienden, 'verdere' vrienden en oude kennissen. Contact met mensen was voor mij van begin tot einde zeer belangrijk, ook al heb ik vaak wel eens een afspraak afgezegd als ik mij niet goed voelde of eens niet gereageerd op een e-mailtje. Jullie hebben me hier met zijn allen waarlijk een dienst bewezen. Hiermee is wat mij betreft ook het bewijs geleverd dat er nog zoiets bestaat als menselijke warmte en empathie voor je medemens in deze zogeheten koude, individualistische tijden. En het heeft mij ontroerd telkens als ik er weer aan dacht.”